Grafcultuur.

Groningen kent een zeer rijke traditie aan grafsymboliek en het vertelt ons veel van van ons verleden. Feitelijk zouden we het ook ons middeleeuws stenen archief kunnen noemen.

  • Anker:  symbool voor vastberadenheid en trouw. Als christelijk       symbool betekent het hoop
  • Aren:    symbool van Christus, het Brood des Levens en van de         Eucharistie of het Avondmaal
  • Boek of Bijbel:   verwijst naar het boek des levens. Veel priester- en domineesgraven laten een opengeslagen bijbel zien met een Bijbeltekst
  • Geknakte bloem:  de bloem is het prototype van de ziel
  • Doornenkrans:  symbool van de zonde van de mens en de daaruit voortvloeiende gevolgen
  • Druivenrank met druiven:   bloedsymbool als teken van leven en dood. Ook verwijzing naar het Avondmaal, c.q. offerdood van Christus
  • Duif: symbool van liefde, onschuld en eenvoud. Bij christenen symbool voor de verloste ziel van de overledene.
  • Eikenblad of eikentak:  symbool voor de onsterfelijkheid. Eikenhout werd als onverwoestbaar beschouwd.
  • Engel met bazuin:  symbool voor het Laatste Oordeel.
  • Handen: twee in elkaar grijpende handen als symbool voor de liefde en verbondenheid over het graf heen als man en vrouw.
  • Huismerken; zijn verwant met heraldiek, de runen tekens als
    400px-Huismerken
    Voorbeeld huismerk

    alfabet van de Germanen en het spijkerschrift. Werd vaak voor boerenfamilies gebruikt als huismerk of handtekening voor contract. Het was een trede lager dan de officiële heraldiek.

  • Kaars:  symbool van Christus als het licht van de  wereld.
  • Klimop:  symbool voor eeuwig leven in verband net de altijd groene bladeren
  • Kruis :teken van verzoening van hemel en aarde,  God en mens
  • Lam: Christus als Lam Gods. Symbool voor reinheid en onschuld dat door geslacht zou worden tot verzoeningen van de mens
  • Lelie:  symbool voor zuiverheid en maagdelijkheid. De aartsengel  Gabriel wordt meestal met een lelietak in de hand afgebeeld als hij de geboorte van Jezus aankondigt aan Maria.
  • Obelisk:  als symbool van het heersen over de vier windstreken, dus macht.
  • Omgehakte boom: verwijzing naar kortstondig leven.
  • Palmboom:   staat symbool voor het paradijs.
  • Palmtak: symbool  voor overwinning op de dood door Christus.
  • Pelikaan:  deze vogel, zo gaat de legende, pikte zijn eigen borst open om zijn jongen te voeden. Overdrachtelijk heeft Christus zich opgeofferd voor de mensheid.
  • Roos:  verwijst naar Maria en het lijden ( de doornen van de roos) van Christus. De vijf blaadjes  aan de roos stellen de vijf wonden van  Christus voor.
  • Schedel:  al of niet met twee gekruiste botten symbool voor het kortstondig leven. Veel in de kunst van de 17e eeuw  uitgebeeld als vanitas-symbool. Alles is ijdelheid (Prediker).
  • Schelp:  als symbool voor vruchtbaarheid, liefde en leven.
  • Slang(Ouroubouros):  oud symbool voor leven en dood. Als de slang in haar eigen staart bijt is zij oneindig en duidt op het eeuwige leven.
  • Taxus:  symbool voor onvergankelijkheid  door de altijd groene bladeren.
  • Toorts of fakkel:  de omgekeerde uitdovende fakkel telt het gedoofde leven voor.
  • Treurwilg:  symbool voor rouw en verdriet.
  • Vleermuis:  een vleermuis heeft altijd bij de mensheid in een ongunstig daglicht gestaan. Een dier van de nacht en bovendien waren er afbeeldingen van duivels met vleermuisvleugels.
  • Vlinder:  symbool voor de onsterfelijke ziel. Vaak te zien in de vorm van een rups, een cocon en een vlinder. Leven, dood en wederopstanding.
  • Urn: al in de oudheid een symbool voor dood en rouw. Met een rouwsluier erbij krijgt het een betekenis van het zich afwenden van de (buiten-) wereld.
  • Zandloper: duidt op het kortstondige leven. Vaak voorzien van vleugels, een duivenvleugel stelt de dag voor en een vleermuisvleugel de nacht.
  • Zeis: attribuut van de dood, die als de grote maaier een                          mensenleven oogst.
  • Zuil: indien afgebroken geeft dit een plotselinge dood weer.

Reacties zijn gesloten.